Woonhuis Janssens, Tilburg | 1963

Begin zestiger jaren lijkt Bedaux zijn moderne stijl gevonden te hebben. Hij realiseert in die periode meerdere grote werken in die trant. Maar voor zijn woonhuizen lijkt hij moeiteloos terug te grijpen op zijn traditionele stijl. Toch is dat moeiteloos maar schijn. In de vele schetsen voor dit woonhuis is de zoektocht naar het definitief ontwerp goed herkenbaar. Het hele repertoire komt langs om uiteindelijk uit te monden in een chique bijna abstract ontwerp. Het woonhuis heeft de gangbare kenmerken van een ‘Bedaux’: twee lagen met een zadeldak, witgesausde gevels, een zwarte plint, dakbedekking van rode leisteen, hoge schoorstenen, stalen ramen in diverse vormen, luiken en siersmeedwerk voor balkons en tralievensters. Bijzonder zijn de trapeziumvormige dakkapellen, die hij zelden toepast, de uitgebouwde entree en de drie geschakelde tralievensters in de zijgevel. Opvallend is het ontbreken van de lantaarn, die overigens wel in het ontwerp was opgenomen. De indeling van de entree is niet meer origineel.

Mede-opdrachtgever Laurent Janssens is wethouder van Tilburg geweest in de jaren 1939-1961.